FCI rasstandaard Rhodesian Ridgeback

Algemeen voorkomen

De Rhodesian Ridgeback moet een harmonisch gebouwde, sterke, (droog) gespierde, behendige (lenige) en actieve hond zijn, die een symmetrisch silhouet toont (in balans is) en in staat is tot een groot uithoudingsvermogen met een behoorlijke snelheid. De nadruk ligt op behendigheid, elegantie en ‘soundness’, zeker niet neigend naar massiviteit. De bijzonderheid van het ras is de ridge op de rug, die gevormd wordt door haar dat in tegengestelde richting van de rest van de vacht groeit. De ridge is het karakteristieke kenmerk van het ras.

De ridge moet duidelijk begrensd en symmetrisch van vorm zijn en naar de heupen smaller toelopen. Hij moet direct achter de schouders beginnen en doorlopen tot de heupbeenderen. De ridge moet slechts twee kronen bevatten die gelijk zijn en tegenover elkaar liggen. De onderste randen van de kronen mogen niet verder reiken dan tot een derde van de ridge. Een goede gemiddelde breedte van de ridge is 5 cm.

Gedrag en karakter

Waardig, intelligent, afstandelijk tegenover vreemden, maar zonder agressiviteit of verlegenheid te tonen.

 Hoofd

• Schedel: Het hoofd moet tamelijk lang (de breedte van het hoofd tussen de oren, de afstand van de achterhoofdsknobbel tot de stop en de afstand van de stop tot de neuspunt moeten gelijk zijn) en vlak en breed tussen de oren zijn; het hoofd moet in rust vrij zijn van rimpels.
• Stop: De stop moet vrij duidelijk zijn aangeduid. De schedellijn mag niet een rechte lijn van de neus naar de achterhoofdsknobbel zijn.
• Snuitgedeelte: Neus: De neus behoort zwart of bruin te zijn. Een zwarte neus hoort samen te gaan met donkere ogen, een bruine neus mag met amberkleurige ogen samen gaan.
• Voorsnuit: De voorsnuit behoort lang, diep en krachtig te zijn.
• Lippen: De lippen moeten welgevormd (droog) zijn en goed om de kaken sluiten.
• Kaken/gebit: Sterke kaken met een perfect en compleet schaargebit, d.w.z. dat de bovenste snijtanden zonder tussenruimte voor de onderste snijtanden staan en recht in de kaken. De tanden moeten goed ontwikkeld zijn, vooral de hoektanden.
• Wangen: Wangen moeten droog zijn (geen bakken).
• Ogen: Moeten op matige afstand van elkaar geplaatst zijn, rond, helder en met een levendige en schrandere uitdrukking, de kleur moet passen bij met de kleur van de vacht.
• Oren: Behoren tamelijk hoog te zijn aangezet, middelmatig groot en vrij breed bij de basis te zijn en geleidelijk smaller uit te lopen in een ronde punt. Ze moeten dicht tegen het hoofd gedragen worden.
• Hals: Vrij lang, krachtig en vrij van keelhuid.

Lichaam

• Rug: Krachtig
• Lenden: Sterk, gespierd en iets gewelfd.
• Borst: Moet niet te breed zijn, maar zeer diep en ruim; de borstkas moet tot de elleboog reiken. De voorborst moet van opzij gezien zichtbaar zijn. Ribben matig gewelfd, maar nooit rond als een hoepel.
• Staart: Moet stevig zijn bij de aanzet en geleidelijk verjongen de punt; vrij van grofheid. Hij moet van normale lengte zijn (reikend tot aan de hak). Hij moet niet te hoog, niet te laag zijn aangezet en moet in een lichte bocht naar boven, maar nooit gekruld gedragen worden.
• Ledematen: De voorbenen moeten volmaakt recht zijn; krachtig en voorzien van goed botwerk met ellebogen aansluitend met het lichaam. Van opzij gezien moeten de voorbenen breder zijn dan van voren gezien.
• Schouders: De schouders moeten hellend zijn, droog en gespierd zijn.
• Voormiddenvoet: Middenvoet moet krachtig zijn, met lichte polsvering.
• Achterhand: In de achterbenen moeten de spieren droog en duidelijk waarneembaar zijn.
• Kniegewricht: Goede kniehoeking.
• Hakken: Krachtige lage hak.
• Voeten: De voeten moeten compact zijn en rond, met goed gewelfde tenen en sterke, elastische voetzolen, die beschermd worden door haar tussen de tenen en voetzolen.
• Gang / Beweging: Recht naar voren, vrij en actief.

Vacht

• Haar: Moet kort en dicht zijn, glad en glanzend van aanzien, maar nooit wollig of zijdeachtig.
• Kleur: Licht tot rood tarwekleurig, iets wit aan borst en tenen is toegestaan, maar overmatig wit op borst, buik en boven de tenen is ongewenst. Een donkere voorsnuit en oren zijn toegestaan. Overmatig verdeelde zwarte haren in de vacht zijn zeer ongewenst.
• Grootte en Gewicht: Schofthoogte: reuen 63-69 cm, teven 61-66 cm
• Gewicht: reuen 36,5 kg, teven 32 kg.
• Fouten: Elke afwijking van de voorgaande raspunten moet als een fout worden beschouwd en de beoordeling van de ernst van de fout moet in de juiste verhouding staan tot de mate waarin de fout zich voordoet en het effect ervan op de gezondheid en het welzijn van de hond. Elke hond die duidelijk lichamelijke of gedragsmatige afwijkingen vertoont moet worden gediskwalificeerd.

Opmerking: Reuen moeten twee normaal ontwikkelde testikels hebben die volledig in het scrotum zijn ingedaald.

Bron: FCI STANDAARD NR. 146/12.10.1996 RHODESIAN RIDGEBACK
Rasgroep 6. Land van herkomst: Zuid-Afrika Voor Nederland: Rhodesian Ridgeback Club Nederland.